lovrary

Sonnet 89: Verklaar, Dat Ik Mijn Trouw Aan U Verzaakte

Verklaar, dat ik mijn trouw aan u verzaakte, En ik bewijs, dat ik u heb beleedigd; Noem mij verlamd, en ’k loop als een geraakte, Want tegen u wordt niets door mij verdedigd. Gij kunt mij, lieve, half zoo niet onteeren, Om ’t wiss’len van uw min te verontschuldigen, Als ik het zelf doe; ’k wil op uw begeeren Een vreemde u zijn, alleen om u te huldigen; Ik wil u uit den weg gaan; niemand hoort Uw dierb’ren naam ooit noemen van mijn mond, Opdat geen enkel heiligschennend woord Onze’ omgang ooit verrade of ooit u wond’. Ik zweer, dat ik voor u mijzelf bestrijd, Want wien gij haat, zij nooit mijn min gewijd.